<p dir=”ltr”>Het zal 8 jaar geleden zijn. Ik kwam toen twee nieuwe liefdes tegen die gelukkig goed te combineren zijn. Eerst kwam de ene en toen vanzelf de andere: mijn vriendje en zijn hobby: whisky.

Rozewolk-momenten

Ik was niet vies van alcohol, ik dronk wijn in alle kleuren, bieren in alle smaken, cognac, armagnac, port en af en toe een likeurtje. Maar geen whisky. Dat was iets voor belangrijke mannen met sigaren of voor mijn vader die ‘s avonds laat een vierkante fles uit de kast haalde met Vat 69 erop. Inmiddels weet ik dat je die whisky beter in de cola kan gooien.

De liefde bloeide op. Het bed werd gedeeld. Aan de ene kant een fles wijn, aan de andere kant een fles whisky. Rozewolk-momenten totdat er een smerige tabakslucht uit mijn vriendjes mond kwam. Alleen als hij een glas whisky op had gelukkig. Maar ik begreep niks van zijn smaak.

Verstopte whisky

Ergens beneden in een kamertje stonden zo’n 50 flessen whisky verstopt achter studieboeken. Allemaal vol in een koker. Voor de heb, voor ooit. Niet om te drinken. En zoals dat dan gaat bij een nieuwe liefde, ga je je verdiepen in elkaar en elkaars hobby’s. En zo kwam dus de dag dat ik mijn allereerste whisky dronk: Famous Grouse. Zonder ijs, maar met Schots water uit een pipetje. Ik vond het wel wat: zoet en zacht. De whisky van de smerige adem stond (figuurlijk) mijlenver van me af.

Maar goed, ik was verloren en dan is het een kwestie van je smaakgrenzen verleggen. Mijn geluk was ook dat ik dichtbij Van Wees kwam te wonen. Een begrip in whisky land: in- en verkoop van whisky en whiskey en verantwoordelijk voor eigen bottelingen: The Ultimate Selection. Na mijn eerste whiskyproeverij daar, liet ik de normale Famous Grouse snel achter me. Dat was toch een beginnersdrankje. Ik ontdekte Famous Grouse Prestige (voor weing geld een Highland Park) en alle flessen die over waren die avond kocht ik op. Later zou ik een groot fan worden van Black Grouse (peated Famous Grouse). Het whiskyzaadje in me ontkiemde langzaam, maar gestaag.

In de kastwhisky meisje

Ineens bedacht ik me dat die flessen beneden in dat kamertje een prominentere plek moesten krijgen. Vriendje bouwde een kast tot aan het plafond en daar prijkten ze trots, naast onze tweede gezamenlijke hobby: boeken. Het stond chic en gezellig. Ik kocht de whiskybijbel van Michael Jackson  en leerde het verschil tussen Ierse whiskey en Schotse whisky. Vriendje legde me alles uit over single malts en blends, over cask strength en islays. Ik snapte ineens wat Pot still betekende op de glaasjes in de kast. Ook wist ik dat die tabakslucht van de turf kwam die in zijn favoriete whisky’s zit: Caol Ila, Lagavullin en Laphroaig. Zo ongeveer de meest ontoegankelijke whisky’s.

Grensverleggend

Zoals gezegd verlegde ik best snel mijn grenzen en ik probeerde Connemara whiskey. Peated was de door mij nieuw te leren term. Turf die niet vanzelfsprekend is in de Ierse drank. Dat is toch meer iets voor de Schotse Islay whisky. Maar als ik die Connemara dan zo lekker vond, kon ik ook wel over op dat Schotse heftige drankje. Mijn vriendje zag met lede ogen aan dat ik vroeg naar zijn Caol Ila, Lagavullin en Laphroaig. Een hobby delen is leuk, maar dat was niet echt de bedoeling. Dat waren nou net die flessen voor ooit. Voor de heb.

Heavenly playgroud

Inmiddels stond de kast beneden vol en bouwde vriendje op de net afgebouwde heavenly playground nog een kast. Inhoud: whisky en boeken. Onze derde gezamenlijke hobby skiën combineerden we zelfs met whisky. Vriendje skiede het liefst in Ischgl en Samnaun, terwijl Frankrijk natuurlijk het walhalla is voor de echte skiër. Maar de aap kwam snel uit de mouw: Samnaun, de belastingvrije, Zwitserse enclave in Oostenrijk had een keur aan winkels met de mooiste whisky’s. Was maar een klein dingetje dat de pret drukte: de douane, zowel op de weg als op de piste. 1 liter per persoon is de limit. Maar creatief als vriendje is, gooiden we de icetea flessen leeg om die te vullen met whisky’s die de ene keer meer op icetea leken dan de andere keer. Met ieder twee flessen op onze rug, skieden we terug naar Oostenrijk. Het werd een sport. Later bleek dat ook deze flessen van Van Wees kwamen.

Duurste ooit

Mijn duurste whisky ooit dronk ik op Texel. Old Pulteney Rare Highland Malt 8 jaar. 1500 euro zou de fles waard zijn. De eigenaar van whisky- en whiskeybar Het Kompas in Den Hoorn wilde van wat flessen af. Wat een geluk dat vriendje en ik langskwamen. De lege fles kreeg ik mee en fungeert nu als kandelaar.

Tongstrelende ‘slurp’-whisky’s

We zijn dus 8 jaar verder. Ik drink nog steeds wijn. Ook bier. Stukken minder port en likeur. Cognac en armagnac proef ik zelden nog. Iedere avond drinken vriendje en ik één glaasje whisky in bed. We kiezen uit vijf of zes flessen ‘slurp’-whisky’s. Onze eigen dagelijkse proeverij. Iedere keer weer tongstrelend. Met recht kan ik zeggen dat ik het wijnmeisje ontgroeid ben. Proud to be a whiskywoman!