<p dir=”ltr”>De alcoholische proof is een maat voor de hoeveelheid ethanol in een alcoholische drank. In de 18e eeuw werd drank getest met behulp van buskruit. Als buskruit nog ontbrandde als het met een mengsel van water en alcohol was overgoten dan bewees het zichzelf. Of in het Engels: “It proved itself”. De op deze manier bewezen vloeistof noemde men dan 100 graden proof (100°).
Tegenwoordig weten we dat 100° proof overeenkomt met een alcoholpercentage van 57,14%. Dat betekent dat de verhouding van het alcoholpercentage ongeveer 7:4 is. Oftewel: het aantal graden proof gedeeld door 7 maal 4 levert het alcoholpercentage op. Op een fles Glenfarclas 105 zie je het alcoholpercentage van 60% staan: 105 : 7 x 4 = 60. Bij dit alcoholpercentage hebben we al snel te maken met de zogenaamde vatsterkte whisky. Deze whisky wordt gebotteld zonder het te verdunnen met water.
Amerikaanse Proof
In de Verenigde Staten wordt een iets andere definitie gebruikt voor “proof” dan in het Verenigd Koninkrijk. Daar is het proof getal twee keer het gemeten alcoholpercentage. Daarnaast wordt er niet over graden gesproken maar alleen over “proof”. Een alcoholpercentage van 40% is in de Verenigde Staten dus “80 proof”.
Is vermelding verplicht?
Het is wettelijk verplicht het alcoholpercentage op een fles whisky te vermelden. Het vermelden van de proof is geen verplichting. Daarmee is de vraag gerechtvaardigd: “Wat heb je er dan aan?”. Met de kennis die je nu hebt kan je van iedere whisky de proof volgens de Engelse en de Amerikaanse methode berekenen. Daarmee heb je aan de vermelding op de fles dus niet zo veel. Maar “Glenfarclass 105” staat natuurlijk wel leuk.